Valt het je op dat de zon feller schijnt … als de rook om je hoofd is verdwenen. Een liedje van Boudewijn de Groot. Uitgebracht in 1968 en later nog een keer in 1972. Moest ik even aan denken toen ik de poster zag bij de ingang van ons sportterrein. ‘Rookvrij, op weg naar een rookvrije generatie’.
Mogen we dan niet meer roken? Tuurlijk wel, maar niet op ons sporterrein. We horen sinds kort bij de 60% van de sportverenigingen in Nederland die een rookvrij terrein hebben. Roken buiten de hekken, graag. Dus niet op het plein, niet bij de fietsenstalling, niet op de tribune, niet achter de bosjes. Ook niet na 13.00 uur? Nee, ook dan niet.
Makkelijk praten als je niet rookt. Toch snap ik ook wel hoe moeilijk het is om niet te roken als je een verstokte roker bent. Ik begrijp best wel dat je af en toe een peuk wil paffen. Maar denk eens aan alle voordelen als je stopt met roken: geldbesparing, je gaat lekker ruiken, sporten gaat makkelijker, alles smaakt beter, de temperatuur van je handen en voeten stijgt. Nou ‘heeft elk voordeel zijn nadeel’, zei een bekende Nederlandse trainer ooit (of was het net andersom?). In ieder geval betekent stoppen met roken ook vaak: last van somberheid, slapeloosheid, geïrriteerdheid, concentratieproblemen, rusteloosheid en een toegenomen eetlust (er zijn mensen die dit laatstgenoemde nadeel een voordeel noemen). De klachten gaan in de loop der tijd over, de genoemde voordelen blijven. Zo worden nadelen voordelen. Mijn opa rookte alles, voegt iemand me triomfantelijk toe. Sigaren, sigaretten, een pijp en zelfs paling en zalm. En mijn opa is honderd geworden. Niks aan de hand dus. Dat kan, denk ik dan. Maar de meeste rokers halen die leeftijd nooit. Zo’n 672 duizend Nederlanders lijden aan allerlei chronische ziektes als gevolg van roken. Vooral de longziekte COPD en long/strottenhoofdkanker komen veel voor, las ik deze week in de krant. Jaarlijks ruim 19 duizend aan roken gerelateerde sterfgevallen en dat aantal neemt snel toe.
Niemand hoeft van mij met roken te stoppen. Ik gun iedereen zijn pleziertjes. Maar toen ik deze poster zag en ik de maandagochtend erna 67 peuken telde op het plein voor de kantine, dacht ik wel: roken staat vrij, maar is het echt zo’n probleem om één zaterdagochtend of -middag niet te roken?
Probeer het eens!
Misschien valt het je dan ook op dat de zon feller schijnt als de rook om je hoofd is verdwenen.
Riny van der Pluijm